Er kan niet worden afgedrukt
Indien u problemen ondervindt met het afdrukken kunt u het HP Diagnostisch hulpprogramma voor afdrukken
downloaden. Dit kan het probleem voor u automatisch oplossen. Klik op de juiste link om het hulpprogramma te
downloaden:
Opmerking
Het HP Diagnostische hulpprogramma voor afdrukken is mogelijk niet in alle talen beschikbaar.
Naar de downloadpagina voor het HP Diagnostisch hulpprogramma voor afdrukken (32-bit Windows).
Naar de downloadpagina voor het HP Diagnostisch hulpprogramma voor afdrukken (64-bit Windows).
Afdrukproblemen oplossen
Opmerking
Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat er papier in de lade zit. Indien u nog steeds
niet kunt afdrukken, moet u het volgende in deze volgorde proberen:
1.
Controleer op foutberichten en los ze op.
2.
Koppel de USB-kabel los en sluit deze vervolgens weer aan.
3.
Controleer of het apparaat niet gepauzeerd of offline stond.
Controleren of het apparaat niet gepauzeerd of offline stond
a
. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
•
Windows 7
: Klik in het menu
Start
van Windows op
Apparaten en printers
.
•
Windows Vista
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens
op
Printers
.
•
Windows XP
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens op
Printers en faxen
.
b
. Dubbelklik op het pictogram voor uw product of klik rechts op dit pictogram en selecteer
Afdruktaken
bekijken
om de afdrukwachtrij te openen.
c
. Zorg ervoor dat in het menu
Printer
Afdrukken onderbreken
of
Printer offline gebruiken
niet is
aangevinkt.
d
. Als u wijzigingen hebt doorgevoerd, probeert u opnieuw af te drukken.
Hoofdstuk 8
34
Een probleem oplossen
Een prob
le
em op
lossen
4.
Controleer of het apparaat als de standaardprinter is ingesteld.
Controleren of het apparaat als de standaardprinter is ingesteld
a
. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
•
Windows 7
: Klik in het menu
Start
van Windows op
Apparaten en printers
.
•
Windows Vista
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens
op
Printers
.
•
Windows XP
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens op
Printers en faxen
.
b
. Controleer of het juiste apparaat als de standaardprinter is ingesteld.
Naast de standaardprinter staat een vinkje in een zwarte of groene cirkel.
c
. Als het foute apparaat als standaarprinter is ingesteld, klikt u met de rechter muisknop op het juiste
apparaat en selecteert u
Instellen als standaardprinter
.
d
. Probeer uw apparaat nogmaals te gebruiken.
5.
Start de printspooler opnieuw op.
Start de printspooler opnieuw op
a
. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
Windows 7
•
Klik in het menu
Start
van Windows op
Configuratiescherm
,
Systeem en beveiliging
en vervolgens
op
Systeembeheer
.
•
Dubbelklik op
Services
.
•
Klik met de rechter muisknop op
Afdrukwachtrij
en klik vervolgens op
Eigenschappen
.
•
Controleer in het tabblad
Algemeen
, naast
Opstarttype
, of
Automatisch
is geselecteerd.
•
Als de service nog niet actief is, klik dan onder
Servicestatus
op
Start
en klik vervolgens op
OK
.
Windows Vista
•
Klik in het menu
Start
van Windows op
Configuratiescherm
,
Systeem en onderhoud
en vervolgens
op
Systeembeheer
.
•
Dubbelklik op
Services
.
•
Klik met de rechter muisknop op
Printerspoolservice
en klik vervolgens op
Eigenschappen
.
•
Controleer in het tabblad
Algemeen
, naast
Opstarttype
, of
Automatisch
is geselecteerd.
•
Als de service nog niet actief is, klik dan onder
Servicestatus
op
Start
en klik vervolgens op
OK
.
Windows XP
•
Klik in het menu
Start
van Windows op
Deze computer
.
•
Klik op
Beheren
en klik vervolgens op
Services en toepassingen
.
•
Dubbelklik op
Services
en dubbelklik vervolgens op
Printspooler
.
•
Klik met uw rechtermuisknop op
Printspooler
en klik op
Opnieuw starten
om de service opnieuw te
starten.
b
. Controleer of het juiste apparaat als de standaardprinter is ingesteld.
Naast de standaardprinter staat een vinkje in een zwarte of groene cirkel.
c
. Als het foute apparaat als standaarprinter is ingesteld, klikt u met de rechter muisknop op het juiste
apparaat en selecteert u
Instellen als standaardprinter
.
d
. Probeer uw apparaat nogmaals te gebruiken.
Er kan niet worden afgedrukt
35
Een pro
b
leem
o
p
lossen
6.
Start de computer opnieuw op.
7.
De afdrukwachtrij leegmaken.
De afdrukwachtrij leegmaken
a
. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
•
Windows 7
: Klik in het menu
Start
van Windows op
Apparaten en printers
.
•
Windows Vista
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens
op
Printers
.
•
Windows XP
: Klik vanuit het
Start
-menu van Windows op
Configuratiescherm
en klik vervolgens op
Printers en faxen
.
b
. Dubbelklik op het pictogram van uw apparaat om de afdrukwachtrij te openen.
c
. Klik in het menu
Printer
op
Alle documenten annuleren
of op
Afdrukdocumenten verwijderen
en klik
vervolgens op
Ja
om te bevestigen.
d
. Als er nog steeds documenten in de wachtrij staan, start u de computer opnieuw op en probeert u daarna
opnieuw af te drukken.
e
. Controleer de afdrukwachtrij nogmaals om te zien of ze leeg is en probeer vervolgens opnieuw af te
drukken.
Als de afdrukwachtrij niet leeg is, of als ze leeg is maar de afdruktaken nog steeds niet worden
uitgevoerd, gaat u over naar de volgende oplossing.
Klik hier voor meer online probleemoplossing
indien bovenstaande oplossingen het probleem niet verhelpen.
Maak de wagen van de printcartridges vrij
Verwijder alle voorwerpen, bijvoorbeeld papier, die de wagen met printcartridges blokkeren.
Opmerking
Gebruik geen gereedschap of andere apparaten om vastgelopen papier te verwijderen. Wees
altijd voorzichtig bij het verwijderen van vastgelopen papier in het apparaat.
Klik hier voor meer informatie online
.
Een defecte cartridge vinden
Indien de lampjes voor zowel de driekleurige als zwarte cartridges knipperen, en het AAN/UIT-lampje brandt,
kunnen beide cartridges nog tape bevatten of ontbreken. Zorg er eerst voor dat u de roze tape van beide
cartridges verwijdert en u ze allebei hebt geplaatst. Indien beide inktniveaulampjes nog steeds knipperen, dan is
een of zijn beide cartridges defect. Doe het volgende om te bepalen of een cartridge defect is:
1.
Verwijder de zwarte cartridge.
2.
Sluit de cartridgeklep.
3.
Als het lampje
Aan
knippert, moet u de driekleurencartridge vervangen. Vervang de zwarte cartridge als het
Aan
-lampje niet knippert.
Bereid de laden voor
Open de uitvoerlade
▲
De uitvoerlade moet open zijn om te beginnen met afdrukken.
Hoofdstuk 8
36
Een probleem oplossen
Een prob
le
em op
lossen
Sluit de cartridgeklep
▲
De cartridgeklep moet gesloten zijn om te beginnen met afdrukken.
Klik hier voor meer informatie online
.
Kopieer- en scanproblemen oplossen
Klik hier voor meer informatie online
.